
Deze foto van Kees Tabak laat misschien wel het allerbeste zien wat Doe Maar teweegbracht begin jaren tachtig: pure hysterie. Jongeren verdrongen zich tegen de dranghekken, gilden, huilden en zongen elk woord mee. Voor veel tieners was een concert van Doe Maar meer dan een avondje muziek: het was een ervaring die je voor altijd bijbleef.
Fotograaf Kees Tabak wist dit gevoel te vangen. Hij stond vaak dicht bij het podium en richtte zijn camera niet alleen op de band, maar juist ook op de uitzinnige menigte. Dit soort beelden werden iconisch: zwetende gezichten, handen in de lucht, jongeren die zich helemaal lieten meeslepen door de muziek én door elkaar. Het waren beelden die duidelijk maakten dat Doe Maar niet zomaar een band was, maar een fenomeen dat een hele generatie in beweging bracht.
De hysterie rondom Doe Maar wordt nog altijd vergeleken met die van internationale acts. In Nederland was het ongekend: zalen die in minuten uitverkochten, rijen gillende fans, en een band die zelf soms moest bijkomen van de intensiteit waarmee ze werden onthaald.